
Cafetaria Lekkerrr in Soest
Michael Hagelen van Lekkerrr in Soest vertelt over zijn deelname aan Verantwoord Frituren
‘Gluren bij de buren’ noemt Michael Hagelen het: hij laat zich graag inspireren door andere ondernemers voor Lekkerrr, zijn zaak aan de Nieuweweg in Soest die hij samen met zijn vader runt. In 2005 starten zijn ouders de cafetaria, na zaken in Renswoude en Dieren. Zijn nieuwste snufje: een bestelzuil. ‘We konden moeilijk aan personeel komen. Dit was een manier om het iets makkelijker te maken. Klanten moesten wel wennen, maar nu maken ze er steeds meer gebruik van.’ In de crisis van 2010 begonnen ze met ijs – een schot in de roos. ‘En in 2015 startten we al met bezorgen, omdat we aan ons omzetplafond zaten en meer wilden. Tijdens de coronapandemie konden we daardoor makkelijk opschalen en verdubbelden we de bezorgactiviteiten.’ Als het gaat om verantwoord frituren, kan Michael zich nauwelijks herinneren dat ze het anders deden. ‘Mijn vader werd destijds gevraagd om de eerste vloeibare frituurvetten te testen. Het bakt fijn, je hebt minder afval en het is ook nog behoorlijk gezond. Als je dit met mate eet, past het prima in een gezonde leefstijl. We zijn er dus nooit meer van af gestapt!’
Tip: Heb je personeelstekort? Ga voor een bestelzuil en pagers. Dat verlicht een beetje.
Frans de Jong van Cafetaria De Oranjehoek vertelt over zijn deelname aan Verantwoord Frituren
Al van jongs af aan staat Frans de Jong in De Oranjehoek. ‘Mijn ouders openden de zaak in 1983, toen ik 8 was. In mijn pubertijd ging ik nog doordeweeks tomaten plukken hier in de kassen en vanaf mijn 18e werk ik hier fulltime.’ Altijd doet hij het werk met plezier, vertelt hij. Zijn vrouw, die makelaar is, springt in de weekends bij. Drie jaar geleden heeft hij de zaak helemaal laten verbouwen en onlangs schafte hij een derde e-bike aan voor de bezorging. Al jaren bakt hij in vloeibare vetten: ‘In mijn ervaring bakt dat lekker droog. Klanten zeggen dat ze mijn patat erg lekker vinden. Dat is wel mijn trots, ja. Smaak is toch het belangrijkste.’ Sinds een paar jaar heeft hij ook een vetmeter, om op het juiste moment het vet te verwisselen. ‘Dat is wel een investering van 400 euro, maar wat mij betreft is dat het waard. Op het blote oog kun je toch niet goed zien wanneer het tijd is voor nieuw vet.’ Frans gelooft erin om z’n eigen ding te doen. ‘En blijf elkaar helpen, hè, ook als ondernemers. Daar komen we samen het verst mee.’


Dennis Hus en Robin de Graaf van Kwalitaria De Parade (Nootdorp) vertellen over hun deelname aan Verantwoord Frituren
Het is nogal uitzonderlijk in de cafetariabranche: iemand die de Hogere Hotelschool heeft afgemaakt. Toch is dat precies wat Robin de Graaf heeft gedaan. ‘Op mijn 15e begon ik bij Dennis en zijn vader, als bijbaantje. Na mijn studie heb ik jaren bij hotels gewerkt, maar op een gegeven moment had ik er genoeg van. Ik vond dat ik te weinig inspraak kreeg. Toen kwam Dennis weer op mijn pad.’ Dennis vult aan: ‘Robins moeder kwam toen naar me toe en zei: ik heb Robin in tijden niet zo gelukkig gezien. Kan hij niet blijven?’ En zo geschiedde: sinds 2 jaar zijn de twee compagnons. Uiteraard zijn de frietjes bij De Parade in Nootdorp van haast culinair niveau. Dennis: ‘Voor ons geldt: het moet lekker zijn en zo gezond mogelijk. Pas op de derde plaats komt de prijs.’ Vanwege hun hoge standaarden kiezen ze ook voor vloeibare vetten. Dennis: ‘Die vetten gaan het langst mee en ze geven weinig smaak af. Bovendien zijn het goede oliën: we willen verantwoord ondernemen.’ Sinds kort zijn de heren ook flink aan het sporten. Dennis wil zelfs een eigen gym openen. Robin: ‘De snackbar en gezond leven: dat gaat prima samen!’
Mark Pollaert van Eetcafé De Donck in Posterholt vertelt over zijn deelname aan de campagne Verantwoord Frituren
Mark Pollaert runt een luxe cafetaria. Bij Eetcafé De Donck in het Limburgse dorp Posterholt, net onder Roermond, serveert hij de maaltijden op borden, de drankjes in glazen en bij de koffie krijgen gasten er een likeurtje en verse slagroom bij. ‘Limburgse gastvrijheid’ vindt hij dat. ‘Je wil klanten toch beleving meegeven.’ Bij die beleving hoort ook dat de zaak, in prettige grijstinten, niet naar bakvet ruikt. In 2013 opende Mark de zaak, daarvoor werkte hij 17 jaar bij een ander cafetaria. ‘Daar was ik in aanraking gekomen met vloeibare vetten. Voor mij was het logisch om daarmee in mijn eigen zaak door te gaan. Het ruikt niet, bakt lekker droog en het is nog verantwoord ook. Daar stap ik nooit meer van af!’ Als het aan Mark ligt, doet hij zoveel mogelijk duurzaam. ‘Dat vraagt deze tijd toch van ons. Ik zou het mooi vinden als de duurzame verpakkingen in prijs omlaag gaan. Wat mij betreft de volgende stap!’

